Changing the Rules of the Game

In navolging van de totstandkoming van het Kunming-Montreal Global Biodiversity Framework (GBF) in 2022 (ook bekend als Biodiversity Plan – For Life on Earth), is het essentieel om te komen tot een ambitieuze en effectieve ‘enabling environment’ van waaruit bedrijven kunnen bijdragen aan ‘nature positive’.

De bestaande spelregels moeten worden aangepast om het economische systeem in harmonie te brengen met de natuur en te laten bijdragen aan het stoppen van het verlies aan biodiversiteit. Om een routekaart te kunnen ontwikkelen voor Nature Positive, moeten we eerst de huidige situatie van de beleidscontext begrijpen, zodat we waar nodig wet- en regelgeving kunnen veranderen en het bedrijfsleven in staat kunnen stellen om deel uit te maken van echt transformatieve verandering.

Nature Positive verwijst naar de Global Goal for Nature – een maatschappelijke doelstelling om het verlies aan biodiversiteit in het jaar 2030 te stoppen en om te buigen  naar herstel – ten opzichte van 2020 als referentiejaar – en een volledig herstel van de natuur te bereiken in 2050. Om Nature Positive te bereiken, moeten we de curve van biodiversiteitsverlies ombuigen en dus verder gaan dan Do No Harm (figuur 1). Aangezien het biodiversiteitsverlies tot op dit moment doorgaat, kunnen we niet anders dan concluderen dat het huidige beleid niet voldoende is om het biodiversiteitsverlies te stoppen en niet in staat is de curve te buigen.

De centrale onderzoeksvraag van dit paper is: Wat is de vereiste mix van beleidsinstrumenten om Nature Positive te realiseren? Het doel is om beleidsmakers en bedrijven inzicht te geven in welke instrumenten het bereiken van het Global Goal kunnen ondersteunen, en welke instrumenten hervormd moeten worden om de overgang naar een economisch systeem dat is afgestemd op Nature Positive op te bouwen en te versnellen.

Dit rapport analyseert het beleidslandschap als geheel en specifieke beleidsinstrumenten (voornamelijk op EU-niveau) om te beoordelen of ze zullen bijdragen aan Nature Positive. Voor deze evaluatie hebben we desk research uitgevoerd, een analytisch kader ontwikkeld op basis van de Nature Positive Principles (aangeduid als NPP 1 – 10), interviews gehouden en validatieworkshops georganiseerd met deskundigen. Binnen de 10 NPP’s hebben we drie belangrijke principes geïdentificeerd die het onderscheid maken tussen op Nature Positive en op Do No Harm afgestemde beleidsinstrumenten:

• Positive Outcomes (across value chains).

• Going Beyond (the mitigation hierarchy).

• Dare to Transform (strategies and systems).

Belangrijkste bevindingen en aanbevelingen

De belangrijkste bevindingen en aanbevelingen van dit onderzoek kunnen als volgt worden samengevat:

• Om Nature Positive te bereiken moeten schadelijke beleidsmaatregelen en prikkels worden afgeschaft of hervormd, en is een paradigma verschuiving nodig van Do No Harm naar Nature Positive Positief, zowel in beleid als bij bedrijven.
• Koplopers binnen het bedrijfsleven en de financiële wereld hebben laten zien dat er voldoende aanpakken, frameworks en tools zijn die kunnen helpen bij de transitie naar een Nature Positive toekomst, beleidsmakers moeten nu de impasse van de Triangle of Inaction (zie figuur 2) doorbreken om deze toekomst vorm te geven door de spelregels te veranderen en Nature Positive te integreren in alle beleidsdoelen.
• De drie geïdentificeerde Nature Positive principes (Positive Outcomes, Going Beyond en Dare to Transform) moeten breder worden gebruikt om bestaande beleidsinstrumenten te evalueren en moeten worden gehanteerd bij toekomstige beleidsontwikkeling.
• Een Nature Positive toekomst kan alleen worden bereikt met een overheidsbrede aanpak, wat betekent dat beleid en instrumenten op alle niveaus en beleidsterreinen moeten worden geëvalueerd en hervormd.
• Beleidsinstrumenten moeten niet alleen worden beoordeeld op hun kenmerken en opzet, maar ook op de specifieke manier waarop ze worden toegepast (zoals afdwingbaarheid, reikwijdte en striktheid) en op de interactie met andere beleidsinstrumenten.
• Naast de overheid is de financiële sector een belangrijke factor voor transformatieve verandering. Door gerichte investeringen en veranderingen in de wijze waarop risico’s worden begrepen en gemanaged, kunnen financiële instellingen de transitie naar Nature Positive versnellen. Dit kan worden gekatalyseerd door de financiële sector zelf, maar nog meer door financiële toezichthouders, met het juiste beleidskader.
• Om GBF doel 15 te bereiken, moet de huidige regelgeving voor disclosure worden aangevuld met verplichte vereisten om Nature Positive transitieplannen te ontwikkelen, openbaar te maken en te implementeren.

Zoals dit onderzoek laat zien, is de huidige mix van beleidsinstrumenten niet voldoende om Nature Positive te bereiken. We moeten daarom de spelregels veranderen en doelstellingen, regelgeving en prikkels hervormen om Nature Positive resultaten te bevorderen. Het antwoord op de onderzoeksvraag is dan ook dat er behoefte is aan een mix van vrijwillige en verplichte mechanismen, in de vorm van wet- en regelgeving, stimuleringskaders en vrijwillige kaders voor het stellen van doelen en openbaarmaking, om een Nature Positive transitie mogelijk te maken. Beleidsmakers kunnen de drie belangrijkste Nature Positive principes gebruiken om te helpen bij de overgang van een Do No Harm-paradigma naar een natuurpositieve toekomst. Wanneer ze worden geïntegreerd in NBSAP’s en NBFP’s, kunnen ze vorm geven aan een Nature Positive toekomst.

De belangrijkste principes van Nature Positive zijn een strikte toepassing van de mitigatiehiërarchie (Do No Harm), aangevuld met proactief natuurherstel in sectoren, landschappen en productieketens. Dit vereist vaak transformatieve actie. De doelen van Nature Positive kunnen met veel mechanismen en instrumenten worden bevorderd. Dit ‘actielandschap’ is zeer divers, niet alleen wat betreft soorten instrumenten en handhaving, maar ook wat betreft de onderwerpen die aan bod komen en het niveau van toepassing.